donderdag 18 oktober 2007

Onderzoek & Ontwerp Academische Scholen

18 november zijn Wim Ruitenbeek en ik in het kader van ons bezoek aan de Academische Scholen i.o. langs geweest op:

I Het Meerstroom College (Utrecht)
II Kandisnky (Nijmegen)

Net als in de voorgaande dagen blijkt het van groot belang te zijn regelmatig de scholen te bezoeken. Systematisch onder
zoek is geen eenvoudige zaak in de drukte van alledag. Samenwerking tussen school, projectleiding, & lectoraat heeft een duidelijke meerwaarde om een "Academische School in Werking" te realiseren.

ad I Meerstroom : De Academische School als gelaagd gebouw

Het gesprek op Het Meerstroom gaat aanvankelijk over de moeilijke situatie waarin de school verkeerd. De vraag is voor
directeur Jan Nijboer of hij binnen het vereiste tijdsbestek wel met een relevante bijdrage kan komen in het kader van het project "Academische Scholen". Na wat doorvragen blijkt hij al met een onderzoek bezig te zijn dat heel goed bruikbaar is in het kader van de Dieptepilot. De werktitel van het onderzoek zal gaan luiden : "Op weg naar een Nuovo Academie". De Nuovo Academie is een idee van Wim Ruitenbeek. Het draait om intensivering van de samenwerking op het gebied van de Opleidings scholen/Academische Scholen (onder een bestuur). Daardoor kan de effcientie en de kwaliteit van de opleiding worden verhoogd. Dit sluit aan bij de wens van Jan Nijboer om zich op lokateieniveau meer te richten op het primair proces en met betrekking tot het opleiden in de school meer samen te werken met het Vader Rijn College. Inmiddels is de samenwerking een feit en kunnen de studenten van het Meerstroom College deelnemen aan leergroepen op het Vader Rijn College. Daarmee is een "try out" van een "NUOVO academie in werking" gegaan die in het kader van het onderzoek zal worden gemonitord.

Dit zal gebeuren op 3 bijeenkomsten:

15/11 een start-bijeenkomst. Daarbij zullen de studenten van de Meerstroom, de directeur, de deelprojectleider, een vertegenwoordiger van het lectoraat VOMD, aanwezig zijn.

10/11 een monitor-bijeenkomst. Daarbij zullen de studenten worden geintervieuwd.

24/1 een slot-bijeenkomst. Daarbij zullen ook aanbevelingen worden geformuleerd.

Gekoppeld aan de slotbijeenkomst zulllen Jeroen Lutters & Jan Nijboer een dag lang samen aan de slag gaan om de resultaten te interpreteren en te plaatsen in de totale context . Daarvoor moet nog een datum worden geprikt. Het Meerstroom College wil met dit onderzoek aannemelijk maken dat "De Academische School" beter werkt in een gelaag
de structuur/cultuur waarbij : (1) de schoollokatie (2) een bovenschools opleidingscentrum (3) het hogeschool expertise centrum worden ingezet. Tot nu toe wordt nog te weinig aandacht besteed aan het tweede gebied. Daardoor vind er een onnodige fragmentering plaats en wordt het opleiden in de school te gecompliceerd. Op projectniveau kan dit deelproject een belangrijke bijdrage leveren op deelgebied 5 van het prototype : de benodigde leeromgeving.

ad II Kandinsky : De Lerende Docent

Het gesprek op het Kandinsky contreert zich vooral op de student/docent. Het Kandinsky is bezig met een onderzoek naar de mate waarin de doelstellingen van de school ook daadwerkelijk worden gehaald als het gaat om "Opleiden in de School" . Daartoe worden studenten ingezet die in een tweetal student-docent koppels, middels interviews,de uitgangspunten zullen toetsen. Op basis van kwaliteitsonderzoek (verhalen) zullen eerste conclusies worden getrokken op schoolniveau die dan kunnen leiden tot een vervolgonderzoek (leerlingniveau). Daarnaast zal een doorvertaling plaatsvinden op projectniveau. Verwacht word dat het onderzoek nieuwe inzichten oplevert aangaande de rol en de positie van de student op een Academische School. In dit verband is het onderzoeksproces van de studenten, op projectniveau, van groot belang. Uit hun (zelf)reflectie zal immers naar voren moeten komen hoe je komt tot een succesvol onderzoek m.n. welke tegenvallers je moet leren overwinnen om te komen tot een adequaat produkt. Aan de orde zijn gekomen : omvang, tijd, continuiteit,
eigenaarschap, kwaliteitsnorm, en pragmatisme versus idealisme.

Concreet worden in de komende 2 maanden ongeveer 6 interviews gerealiseerd. De 2 koppels zullen daarvoor eerst worden geprofessionaliseerd. De verslaglegging van de intervieuws zal mogelijk met beelden (audio-visueel) worden ondersteund.
Vervolgens zal eind december/begin januari het materiaal overhandigd worden aan Jeroen lutters die het verder kan polijs-
ten. Uiteindelijk zal hieruit een : (1) schoolverslag (2) inbreng voor het prototype (3) materiaal voor de routeplanner met zijn kansen en valkuilen en (4) audio-visueel materiaal voortkomen. Jeroen en Inge hebben afgesproken contact te onderhouden.

Wim en ik waren erg blij met de 2 gesprekken. Ons viel daarbij op dat :

1. Scholen vaak veel meer doen aan professionalisering dan ze zelf erkennen en herkennen

2. Scholen vaak op zoek zijn naar nieuwe vormen terwijl ze 'halfproducten' op het schap hebben/laten liggen

3. Scholen hun bestaand onderzoek door creatief-pragmatisme moeten koppelen aan een nieuwe geldstromen

Samen met de scholen kwamen we veelal tot de conclusie te kiezen voor een "pressure cooker" model. Het geheim daarbij licht in :

1. Het aanpakken van een klein thema dat als hefboom dienst kan doen

2. Het doen van het onderzoek in een afgemeten korte periode van hooguit een maand

3. Het produktgericht werken

4. Het mobiliseren van professionele hulp

5. Het integreren van de bestaande agenda

dinsdag 16 oktober 2007

Onderzoek & Ontwerp Academische Scholen

Vandaag, 16 oktober, hebben Wim Ruitenbeek en ik de stand van zaken opgenomen bij een aantal Academische Scholen i.o.
en hun voor zover mogelijk geadviseerd bij het realiseren van hun onderzoek. Aanbod kwamen vandaag :

- Het Vader Rijn College (Utrecht)
- Via Nuovo (Utrecht)

Vader Rijn College : de dragers van de academische school

Vraagstelling : Centraal in het onderzoek van het Vader Rijn College staat de vraag hoe je de dragers van een Academische School in werking kan: (1) identificeren (2) in ontwikkeling brengen (3) hun kennis/kunde kan laten overdragen aan collega's. Het Vader Rijn is, bij monde van de directeur, daarbij de mening toegedaan dat de dragers van de Academische School zich in alle geledingen van de organisatie bevinden. Voor zover het de docenten betreft is een onderscheid gemaakt tusse CIO's/LIDO's (Bachelorstudenten) en Ecologische Pedagogiek studenten (Mastersstudenten).

Experiment : Om in beeld te brengen hoe je de dragers kan identificeren en ontwikkelen wordt voor januari een periode
van ongeveer twee weken vastgesteld die zal gelden als " De Academische School in werking". De bedoeling is dat in deze periode aan alle medewerkers gevraagd zal worden een aantoonbare/actieve bijdrage te leveren aan de Academische School, om het zo van een "papieren" een "levende" werkelijkheid te maken. Om dit te realiseren zal in deze weken op actieve wijze de dialoog worden bevorderd tussen : (1) de leiding (2) de spelers die al bezig zijn met de Academische School (3) de spelers die nog in beeld moeten komen. Dostojevski signaleerde al dat voor een dialoog het "gesprek aangaan" met mensen van groot belang is . Anders vallen ze "stil" en worden ze tot "ongemotiveerde instrumenten". De organisatie zal worden opgetrokken in samenwerking met de masterstudenten die zich in het hart van de academische school bevinden. De bedoeling is dat tijdens deze weken gedacht-es worden uitgewisseld die aan het einde van de periode door de directeur worden geintegreerd en in een samenhangende beleidsvisie voor het komend jaar worden teruggegeven aan het personeel. Projectleider van het geheel is Wim Ruitenbeek. Indien nodig is hulp toegezegd door Jeroen Lutters.

Verslaglegging : In het VRC staat het "natuurlijk leren" centraal. In samenhang daarmee lijkt het vanzelfsprekend dat het VRC ook komt met een vorm van "natuurlijk opleiden". Omdat natuurlijke vormen van leren en opleiden vooral door kwalitatief onderzoek zijn te traceren is het van belang dat de opbrengst van de "laboratorium weken " van de Academische School in werking niet worden gekwantificeerd, maar vooral goed worden beschreven (narratieve insteek). Het gaat erom dat het verhaal van een school als het Vader Rijn College in beeld wordt gebracht door beschrijving en analyse van wat er (al) gebeurd. Het is vooral van belang vertrouwen te hebben en aandacht te besteden in wat er al is. Het is veel minder aan de orde (ten onrechte vaak gedacht) weer iets nieuws te verzinnen. Het verslag van het experiment zal half januari beschikbaar zijn voor verdere uitwerking. Gezien het onderwerp zal het op projectniveau vooral een bijdrage leveren aan het 2e onderwerp: de rol van docent/expert in de Academische School.

Via Nuovo : kernreflectie als verbindend hart van de communicatie

Vraagstelling : Het onderzoek binnen Via Nuovo in het kader van de Academische School betreft het ontwikkelen van een kwaliteitszorg instrumentarium. Dit kwaliteitszorg instrumentarium draait vooral om het verbeteren van de communicatie door middel van het werken met kernreflecties.Communicatie is vervolgens de basis voor een verbinding tussen de verschil-lende partijen in de Academische School.

Experiment : Inmiddels is het onderzoek gestart olv. Mark Dees en onder verantwoordelijkheid van de directeur, Ron Dorreboom. In het onderzoek wordt gewekt op basis van een parallelle methode. Dat wil zeggen er wordt zowel onderzoek gedaan wordt naar de leerlingen, de studenten, de docenten, als de leiding. In het onderzoek wordt ook de etnografische context betrokken. Verder staat in het model het belang van de ritmische handeling (afwisseling tussen activiteit en rust) centraal.Van belang in het onderzoek is nu vooral alle reeds opgedane kennis te integreren onder de kop "Kernreflectie als hart van de academische school". Dat vraagt van de ene kant het afwerken van het bestaand onderzoek, maar vooral ook het in verband met elkaar brengen van reeds aanwezig materiaal.

Verslaglegging : De verslaglegging kan rond januari een feit zijn. In het verslag verwerkt worden de "Via Nuovo Academie" en de "Docenten Competenties Monitoring". Dit alles zal resulteren onder het eerder genoemde samenhangende thema: "Kern reflectie als hart van de Academische School". Op projectniveau zal het deelproject van Via Nuovo waarschijnlijk een bijdrage kunnen leveren aan het 4e onderwerp in de gemeenschappelijke publicatie : de rol van de communicatie in de Academische School.

Schoolbezoeken: De Academische School in werking

De begeleidingsgesprekken van Wim/Jeroen met de betrokken scholen waren staaltjes van de " Academische School in Werking". De oorzaak daarvan lag in het feit dat ieder van de betrokkenen duidelijk gecommiteerd was aan het thema opleiden in de school. Daarbij durfde ook ieder van de deelnemers op basis van ervaringen, analyses, experimenten en praktijk in het onderzoek te stappen. De Academische School is een " onderzoekende dialoog" gebasseerd op het thema "Onderzoek je eigen Werk". Op het moment dat de verschillende deelnemers als actoren in een "gesprek" durven/willen stappen is de Academische School al een feit.Keer op keer blijkt in dit type gesprekken dat veel van het benodigde materiaal (onbewust) al voor handen is en reeds doorwerkt in de organisatie. De bijdrage van het onderzoek is vooral de verschillende "fragmenten" in een samenhangend "verhaal" onder te brengen. Dit geintegreerd "verhaal" kan vervolgens dienst doen als basis voor een haalbaar en herkenbaar beleid.